Licht in het interieur

Licht in het interieur van het appartement staat altijd centraal, want het is dankzij het licht dat we spelen rondom de ruimte en details van het interieur, waardoor onze woning een speciale gezelligheid en sfeer krijgt. Het licht in het ontwerp, als het niet op de juiste manier wordt gebruikt, kan echter een wrede grap uithalen: markeer de tekortkomingen van de muren en het plafond, verminder visueel de ruimte en maak het "onder druk". Om dergelijke ongemakken te voorkomen, moet u de belangrijkste soorten decoratieve verlichting en de manieren om ze te gebruiken begrijpen.

Er zijn dus 3 soorten verlichting: eenvoudig, werkend en accentuerend.

De hoofdverlichting wordt gebruikt om zichtbaarheid in de ruimte te creëren. Zulke verlichting reflecteert op de muren en het plafond en "bedekt" het maximale oppervlak van de kamer. Het ontwerp met behulp van het basislicht bevat verschillende regels:

  1. Licht mag niet "vlak" zijn (zoals wat wordt gebruikt in kantoren). Zo'n licht gaat door een vaste straal, op een bepaald object en verlicht niet het interieur als geheel.
  2. Het licht mag niet wit zijn, anders vernietigt het letterlijk het huis. Laat het een gelig, warm, niet snijdend oog zijn.

Werkverlichting moet 3 keer helderder zijn dan de hoofdverlichting en moet samen worden gebruikt (om visuele overbelasting te voorkomen). Als werklamp is het handig om hang- en tafellampen of halogeen-inzetstukken in de tafel te gebruiken.

Accentverlichting zorgt voor een schitterende flikkering rond de trots van uw interieur en markeert ze op de achtergrond van de rest van de kamer. Het algehele ontwerp van het licht in het appartement, met accentverlichting, moet minimalistisch zijn en de lichtstroom rond het kunstobject moet 3 keer helderder zijn. Het armatuur kan in dit geval beter in de vloer of het plafond worden gemonteerd, zodat de gereflecteerde stralen "sluiten" en het uiterlijk niet irriteren.